De eerste noemen we het zinnelijke (Z1) het lekkere, het lijfelijke aspect, het lustvolle, er zin in hebben. Volgens ons misschien wel de belangrijkste maar zeker de meest genegeerde betekenis van zingeving, omdat we vaak niet durven te praten over ons lichaam. Vreemd, want als ons lichaam geen energie meer heeft, zijn we vrij snel opgebrand.
De tweede het zintuiglijke (Z2), het esthetische. Daarbij staan onze zintuigen centraal. Kunnen we wat we maken mooi noemen? En de ruimtes waarin we werken, zijn die prettig, is het er muf, hangt er een irritante zoem of is het er heerlijk stil?
De derde het zinrijke (Z3), de rationele kant van zingeving: we ervaren zin doordat we in staat zijn te verwoorden wat we beleven, ervaren, maken, doen. Dit is de meest letterlijke kant van zingeving door betekenisgeving. Je zou hier ook wel het wat ouderwetse woord ‘bezinning’ voor kunnen gebruiken.
Als laatste onderscheiden we het zinvolle (Z4), dat je bijvoorbeeld achter de doelstelling staat van het werk dat je doet. Dit kunnen je eigen morele doelen of idealen zijn, maar het kan hierbij ook gaan om de visie van het bedrijf die jou inspireert. Of juist niet.
Joël Cornelia gaat in afleverning 13 van zijn podcastserie VERTRAGEN in gesprek met Peter Henk Steenhuis over zijn nieuwste boek ‘veroordeeld tot succes’.
Illya Soffer (1966) leed aan het Cassandra-effect: ‘Mensen met een beperking hebben weinig aan mijn morele gelijk’.
”Hij bestaat niet!’ Vlak voordat we op de basisschool Sinterklaas zullen gaan vieren
In ‘Veroordeeld tot succes’ onderzoekt Peter Henk Steenhuis waarom wij elkaar de hele dag ‘succes!’ wensen. Wat zegt dat over ons?